Tussen Maas en Meerlebroek - Toponiemen in de gemeente Beesel | ||
A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X - Y - Z | ||
PAARDEBLOEMSTRAAT | Smabers 7 | |
Vastgesteld bij raadsbesluit van 25 juni 1979. |
||
Paardenbemd | ||
De enige vermelding van de Pertsbandt (1671) bevat zo weinig gegevens dat we enkel weten dat dit toponiem in het zuidelijk gedeelte van de gemeente thuishoort. De meeste bemden lagen langs de Maas en aan weerszijden van de Huilbeek; mogelijk werden hier vooral paarden geweid. Vergelijk: Koebemd en Veulesträötje. |
||
PANNEOVEN | Smabers 10 | |
![]() Vastgesteld bij raadsbesluit van 16 augustus 1971. |
||
Pannesjop | ||
Na voorstellen in juni 1934 kreeg de weg die van de overweg bij de WILHELMINALAAN via de Pannenschop naar het Broek liep, officieel de naam BROEKLAAN. |
||
PARALLELWEG | ||
Deze weg dankt zijn naam aan de ligging evenwijdig met de RIJKSWEG. De huizen aan de noordoostzijde van de weg werden officieel tot 23 juni 1975 toch nog tot de RIJKSWEG gerekend. Deze woningen (nrs. 1-2-3) vormen het meest opvallende gebouw, met op de noord- en zuidgevels wat waarschijnijk een zogenaamd metselaarsteken is.
Vastgesteld bij raadsbesluit van ... |
||
PARKLAAN | Smabers 9 | |
Na de bevrijding werden de plannen echter alweer snel opgepakt. "Het gemeentebestuur is in onderhandeling over den aankoop van circa 3 H.A. grond voor den aanleg van een sportpark te Reuver nabij de Berken. Het terrein zal direct ingericht worden voor de beoefening van vietbalsport en athletiek, alsmede een renbaan voor ruiterclubs. Hiernaast zal een park aangelegd worden voor buitenconcerten. Met eventueele uitbreiding voor hockeyterrein, tennisterrein enz. wordt rekening gehouden. Nabij de losplaats te Reuver zal een ijsbaan worden aangelegd, die dezen winter nog in gebruik genomen zal worden", aldus De Roermondenaar op 15 november 1945. Langs de BOSDAELWEG ligt een VMBO-school (eerder Mavo Pro Vita). De voormalige huishoudschool, gebouwd door de firma Franssen uit Maasniel naar een ontwerp van architect J. Bongaerts uit Roermond, werd op 27 oktober 1954 officieel geopend door de Gouverneur van Limburg. 'Pro Vita', officieel in gebruik genomen op 2 oktober 1965, werd ontworpen door architect P. Deckers en nadien nog enkele malen uitgebreid. De gebouwen van de huishoudschool werden in … gesloopt om plaats te maken voor woningbouw langs de nieuw aan te leggen WILLEM VLIEGENLAAN. De straatnaam werd vastgesteld bij raadsbesluit van 17 april 1948, zulks om de reeds in de volksmond gekozen naam te bestendigen. PARKLAAN, KAREL DOORMANLAAN, PRINSES IRENELAAN, PRINS BERNHARDLAAN, PASTOOR RIJNDERSLAAN en Böschdaellaan werden echter pas op 21 oktober 1948 officieel openbaar gemaakt. Sjra Vintcent: Een halve eeuw sportpark 'Bosdael'. In: Jaarboek Maas- en Swalmdal 17 (1997). |
||
Passage | Smabers | |
Algemene aanduiding Passage of Landpassage voor grotere doorgaande wegen. Zo wordt de naam in de 18e eeuw o.a. gebruikt voor de huidige RIJKSWEG en de KEULSEWEG. | ||
PASSAGE | ||
Deze geheel overdekte straat ontstond in … bij een reconstructie van het winkelgebied tussen RIJKSWEG en WILHELMINALAAN. Voor de aanleg moest eerst de zogenaamde 'villa van Paquay' worden gesloopt. | ||
Pastoorsgoed | ||
In de pondschatting van 1468 treffen we al een vermelding aan van Goirt Pastoiris. De boerderij wordt vermeld als Pastoorsgoedt aent Bussereijndt in een akte van 16 augustus 1644, toen het Nieuwenbroeckse onderleen werd verheven door Goertgen op ten Bongaerdt. Volgens akten van 29 mei 1666 was de boerderij gelegen naast Rutgensgoedt aen genen Bosch aent Busserijnt. Mogelijk houdt de benaming verband met een pastoor of met een familie Pastoors. Onder andere een van de zijtakken van de Heren van Kessel noemde zich Pastoors. |
||
Pastoorsland | ||
Vrij algemene benaming voor land dat eigendom was van de pastoor. Zo vinden we ook Kapelaansland, Kerkeland, Paterswei etc. als aanduiding van de eigenaren of belanghebbenden. Een ander en recenter voorbeeld van zo'n naamgeving is de in de 1960'er jaren onder daar spelende kinderen gangbare benaming 't Huits (genoemd naar de familie Heutz) voor een perceel aan de BROEKLAAN tussen MARIASTRAAT en ST.-ANNASTRAAT. | ||
Paulusstraat, aan | ||
In een openbare verkoop van landerijen uit 1861 (zie De Branderij) is sprake van bouwland aan Paulusstraat. Het betreffende perceel (sectie C 92) lag aan de noordzijde van de KEULSEWEG ter hoogte van de latere Coöperatie. Aan dit gedeelte van de KEULSEWEG lagen in 1861 nog geen huizen. Het dichtstbijzijnde huis lag op de hoek van de HEYTSTRAAT (C 327, in 1843 eigendom van de Roermondse muziekleraar J.H. Luijten). | ||
Patershof | Smabers 1-121 | |
Een enkel maal komen we deze benaming tegen voor de huidige Klerkenhof, zoals in augustus 1596, wanneer melding wordt gemaakt van des Paters ofte Conventz voir gen Weidt to Vendeloe hoff tho Reickell. | ||
Patersweg | Smabers 11 | |
Bij raadsbesluit van 16 april 1956 werd de benaming Patersweg officieel gewijzigd in 'Reuvergrensweg'. Een weg met de benaming 'Patersweg' vormt ook op de huidige wegenkaarten de grensweg tussen de Witte Steen en de gemeentegrens met Belfeld en loopt parallel met de Duitse grens. Op de Smaberskaart staat de weg aangegeven als perceelsscheiding. Op de plaats van grenspaal 430 staat den Grijsen Pael aangegeven. Aan de Duitse (toen Gulikse) zijde van de weg lag de bergh den Hooghen Stall. |
||
Patersweerd | Smabers 10/239 | |
In oktober 1923 braken de dijken van de vijver door. Deze dijken, die toch al te lijden hadden van mollen en enkele natuurlijke bronnen, waren verder verzwakt na een periode van aanhoudende regen. Binnen een half uur stortte meer dan 10.000 m3 water zich door de gebroken dijk, waarbij ook meer dan 6.000 m3 zand werd meegesleurd. Na deze dijkbreuk was de Schelkensbeek totaal verzand en het dal gedeeltelijk gevuld. Meer dan 60 arbeiders werden ingezet om de aangerichte schade te herstellen. De laagte waarin een kleine waterloop zich in de 18e eeuw vanuit het Meerlebroek via deze plaats een weg zocht richting Schelkensbeek, werd door landmeter Smabers aangeduid als de Kalden Graaf. |
||
Paterswei | Smabers 8 | |
Benaming voor een terrein onmiddellijk ten zuiden van het hoogste punt van de Walsberg. Het terrein is eigendom van de paters van Ülingsheide te Tegelen. Samen met de oostelijk van de zandrug gelegen zandvlakte die wel bekend staat onder de benaming crossterrein was de Paterswei vele jaren het decor van een jaarlijks terugkerend evenement. Vanuit recreatiepark De Lommerbergen werd hier in de 1970'er jaren ook de gelegenheid geboden om te parasailen (d.w.z. met behulp van een lier). In 1989 werd het perceel herbebost, waardoor het open karakter, eens kenmerkend voor het gehele gebied van de Walsberg, ook hier weer verloren ging. | ||
Patronaat | ||
![]() |
||
PEREIRASTRAAT, RINUS | Smabers 10 | |
![]() |
||
Petrus en Paulusbrug | Smabers 2 en 8 | |
|
||
Pietenbos | ||
Zie ook: BOSWEG, OUDE. |
||
Plaenenbemd | Smabers 6 | |
Op het eind van de middeleeuwen heette deze bemd enige tijd anders, zoals blijkt uit een ongedateerde vermelding van Roeleppers baendt die nu Planen is. Reeds op 19 december 1444 wordt een zekere Planen genoemd als eigenaar van een boerderij nabij het Aldtbroeck en niet ver van de boerderijen van Johan Van Dijck, Heijn Reijnen en Schoemekers. De ligging moet waarschijnlijk worden gezocht nabij de huidige NIEUWSTRAAT. Ruim een eeuw later, in 1551, vinden we de weide genaamd Plainen baendt vermeld in een akte. Volgens een akte uit 2 augustus 1567 lag Planen baendt naast het zogenaamde Reynen goed; ook deze beschrijving wijst op een ligging nabij NIEUWSTRAAT dan wel het westelijke gedeelte van de BUSSEREINDSEWEG. Een van de laatste vermeldingen dateert van Pasen 1568, toen de 'bastart' Johan van Lom met toestemming van zijn vrouw Lisbett een jaarlijkse tijns, gevestigd op Plaenen bandt, overdroeg aan Wilhelm Qwiten en diens vrouw Feie van Holthuijsen, een van de dochters van de kasteelheer van Nieuwenbroeck. Deze tijnsovereenkomst was volgens deze overdracht reeds op 7 september 1494 gesloten. Op 2 mei 1640 droegen Linnardt aen die Beeck en zijn vrouw Lisbet in gen Reijp 1 morgen baend, gelegen in de Plaenen Bant, over aan Jan aen die Beeck en Windell Quiten. Jan bezat hierdoor 2 morgen van Plaenen Baend, terwijl Dirixke aen die Beeck en Gielis aen die Beeck de resterende 2 morgen in eigendom hadden. |
||
Plaets, de | Smabers 2 en 6 | |
De vermeldingen van deze straatnaam zijn legio en hebben betrekking op de markt van Ouddorp plus op de latere markt in de huidige dorpskern van Beesel. Volgens een akte uit 1633 lag de openbare Dorp Plaetz niet ver van het Maesstraetgen. Deze ligging komt overeen met de latere Vismarkt. In juli 1566 ruilde Peter Dorssers een huis op de Plaets te Beesel gelegen in de Vehestraet naast het erf van de Kruisbroeders voor een bedrag van 108 daalders met Goirt Dorssers en diens vrouw Jen voor een huis en hof te Leuwen gelegen, naast de hoeve van Arndt van Duirsdall. Tijdens een razzia door Spaanse soldaten op 10 augustus 1600 werd bij Gerart op den Plaetz, de pachter van Johan Finemans, de waterput opengebroken en de varkenstrog met het varkensvoer in de put geworpen waardoor het drinkwater volledig bedierf. De helft van deze boerderij te Biessell op de Plaetz gelegen werd op 25 november 1605 door Johan Finemans en Aleijen Vorstermans verkocht aan Wilhelm Quiten en Geertruidt van Hornne. Deze familie bleef lange tijd eigenaar van de boerderij. Ook de pachters van een boerderij in Swalmen, Jacob op Boeckweitzdriesch en zijn vrouw Heindrichsken, bezaten op de Plaetz een boerderij, die zij in oktober 1622 verkochten aan Paulus Schlabbertz en diens vrouw Mercken. Deze boerderij lag tussen landerijen van Thilman Daniels en Geercken Schlabbertz. Op 22 februari 1638 verkocht Thijs Daniels aen den Stap, als gevolmachtigde van zijn broer Thonis en van Encken aen den Stap, hun huis op de Platz aan Evert Ellens en diens vrouw Neesken Suilen. De boerderij was gelegen tussen Gortt Cruitzbergh en Paulus Slabbertz, met één korte zijde grenzend aan het openbare voetpad en de andere zijde aan de gemeine Platz. Op 21 mei 1708 was het huis genaamd Op den Plaets, gelegen naast de erfgenamen van wijlen Henderick Trines, eigendom van de Beeselse schepen Peter Quiten en zijn vrouw Elisabeth Beurskens, tevens eigenaren van een huis aan de Reuver. De Collignon, eigenaar van Nieuwenbroeck, was tevens eigenaar van een huis op de Plaetse. Dit huis lag op de hoek van de huidige BURGEMEESTER MEUTERLAAN en de MGR. THEELENSTRAAT, tegenover het huis van Peter Meuters. Daarnaast was hij eigenaar van een nieuw huis dat daar tegenover lag, aan de westzijde van de straat. Beide huizen werden in 1769 door De Collignon en zijn vrouw Maria Francisca Nebelinck verpand aan A. Arts. Op 9 november 1783 trouwden Johannes Henricus Felbruck uit Wesel en Anna Maria Mechtildis Berculaer uit Venlo in Beesel; bij de geboorte van hun kinderen (1784-1794) worden zij genoemd als bewoners in castro en van een huis op de Plaetsch. Aangezien Ernest van Aefferden, sinds 1775 eigenaar van Nieuwenbroeck, optrad als doopgetuige, ligt het voor de hand dat zij aanvankelijk op Nieuwenbroeck en later in een van beide huizen op de Plaets woonden. Met name pastoor Van Douveren noteerde in de kerkregisters geruime tijd bijna alle buurten, boerderijnamen of straatnamen waar zijn parochianen woonden. Op de Plaetsch woonden tussen 1785 en '93 onder andere Joannes Fijten en Christina Tijssen, Antonius Buijsers en Mechtildis Meuter, Arnold Misdom en Maria Dorssers, Albert Bloemers en Petronella Nijssen, Petrus Buijsers en Anna Cornelia Beurkens, en Josef Wilhelm Keijser en Anna Rosina Spreders (zie ook: Kromstraat en Cruysberg), Paulus Stevens en Maria Luttels, Albert Meuter en Joanna Gerits en in 1792 Godefridus Quicken, de smid van Beesel (zie: kerk), en Wilhelmina Schreurs, eerder woonachtig aan de Kromstraat. Op 27 juni 1791 wordt melding gemaakt van een nieuw getimmerde smitse aan de Plaats gelegen. Maria Mechtildis Muyter, weduwe van Antoine Buijzers, en Joseph Dortam, echtgenoot van Elisabeth Buijsers, verkochten hun huis in november 1822 aan Joseph Antoine Seipgens uit Roermond. |
||
Plaetserhof | Smabers 6 | |
De Plaetserhof heette eerder Fijnemansgoed. In 1622 verklaarde een 66-jarige getuige dat hij was geboren te Biesel op de Plaetz, in het huis dat voorheen van de partijen Finemans was geweest, maar dat nu eigendom was van de familie Quiten. Op basis hiervan zou de boerderij al hebben moeten bestaan rond 1550. De Plaetser hoff wordt genoemd in het cijnsregister van Nieuwenbroeck. In 1708 namen Peter Quijten en zijn vrouw Elisabeth Beurskens een lening op met als onderpand hun huis genaamd op de Plaets. De oorspronkelijke Plaetserhof, die al in de 16e eeuw twee eigenaren had (zie: Fijnemansgoed), moet reeds vroeg zijn gedeeld. Rond 1715 brandde namelijk een Plasserhof af. In dat jaar droegen Henricus Cox, diens vrouw Maria Smeets en schoonzus Maria Gertrudis Smeets hun ¼ deel van de boerderij, waaronder de gehele huisplaats van deze afgebrande hof met schuur, stalling, moesgaard en boomgaard, over aan Henderick Ketelaers en Maria van Rin. Zie ook: Ketelaersgoed. |
||
Plaetskamp | ||
Slechts één vermelding van de Plaetscamp is bekend, daterend uit ca. 1700. De ligging was vermoedelijk grenzend aan de Plaets. | ||
POELSSTRAAT, DR. | ||
![]()
|
||
POLDERWEG | Smabers 11 | |
Vastgesteld bij raadsbesluit d.d. 18 maart 1968. |
||
Polisbemd | ||
De exacte ligging van deze weide aan de rand van het Meerlebroek is onbekend. De enige vermelding komt uit een ongedateerde akte uit de 16e eeuw: bij de Onderste Hof (Nederhoeven) hoorde toen ca. 1 bunder land nabij de heide en tot aan de weg bij de Polis baent. De oorspronkelijke betekenis van 'polis' is 'bewijsstuk'. De gegevens zijn te schaars om op basis van deze vermelding een verklaring te geven. | ||
Ponnysjträötje | Smabers 10 | |
![]() ![]() |
||
Pos, de | ||
Volgens dhr. Niessen uit Tegelen werd deze benaming vroeger gebruikt voor een gebied nabij de Koebaendj (Ouddorp). Geschreven vermeldingen ontbreken. De betekenis in onbekend. | ||
Poshoes, 't | Smabers 2/178 | |
In het begin van de 20e eeuw was het pand eigendom van Jacob Schoenmakers en Catharina Hubertina Stroucken. Deze familie beheerde er tussen september 1909 en 1928 het hulppostkantoor van Beesel en op de foto (rond 1920) zien we dan ook vader Jacob en zijn dochter Maria. Let ook de de brievenbus links onder in de gevel. |
||
POTTERSTRAAT, PAULUS | Smabers 10 | |
Vastgesteld bij raadsbesluit d.d. 28 november 1966. |
||
Poulengoed | ||
In 1589 werd een proces gevoerd inzake de boerderij van Gerart Wouffartz en een stuk land te Offenbeick an gen Dick, grenzend aan Poulengoit, nu Ronckensteins. | ||
Praselerscamp | Smabers 5 | |
In 1748 verkochten Mattis de Loo en Grietgen Stoffers hun huis met toebehoren aan de BUSSEREINDSEWEG gelegen inclusief 2 morgen gelegen in de Praselers Camp. Dit land grensde met de lange zijden aan de bezittingen van Gerit van Hoemoet en Balthasar Wijhers, de eigenaar van Waterloo, en met een korte zijde aan de Steegh (WATERLOSEWEG). Vergelijking met de Smaberskaart en kerkregisters toont aan dat het hier gaat om het gebied begrensd door BUSSEREINDSEWEG, RIJKSWEG, WATERLOSEWEG en de eerste zandweg ten westen van de in 1865 aangelegde spoorlijn. Praselen betekent zoveel als prevelen of kletsen. Er zijn geen aanwijzingen dat hier ooit hagepreken werden gehouden, zodat de juiste betekenis vooralsnog een raadsel blijft. | ||
PRINSENDIJK | Smabers 13 | |
De PRINSENDIJK vormt ongetwijfeld een van de meest historische wegen van de gemeente Beesel. Hij werd, mogelijk in de 2e eeuw, aangelegd als een gedeelte van de Romeinse heerbaan die van Xanten (aan de Rijn) via Heerlen naar Trier liep. Langs de weg werd o.a. een bronzen munt van keizer Septimus Severus (193-211) gevonden. In de 16e eeuw werd de weg ook wel Steenweg of Keizer Karelsweg genoemd. Op een kaartje uit 1763 is sprake van Koninghs Carels nu genaemt Prinsen dijck.
Bij grenspaal 426 (de Vijf Eiken) staan twee stenen op niet meer dan enkele tientallen centimeters van elkaar: één duidelijk zichtbaar, een tweede met slechts een klein stukje boven het gras. Hier liep de Romeinse weg vroeger rechtdoor in zuidelijke richting. Tussen de grenspalen 426 en 429 (de Witte Steen) staan aan beide zijden van de weg grenspalen, met daartussen een ogenschijnlijke strook niemandsland. Aan de Duitse zijde van de weg moest een afrastering met elektrische draden de wilde zwijnen lange tijd van de Nederlandse akkers houden. In 2010 werd deze barrière verplaatst naar het weste, zodat de dieren ook in het nieuw ontwikkelde natuurgebied langs de grens kunnen fourageren. Tussen Witte Steen en Grietjens Gericht heeft de Prinsendijk een lengte van ongeveer 5100 meter. Alleen de RIJKSWEG en de A73 zijn langer. Vastgesteld bij raadsbesluit d.d. 25 mei 1964. Manfred Gross: Bunkers aan de Prinsendijk en in het Brachter bos. In: Jaarboek Maas- en Swalmdal 14 (1994).
|
||
Putrade | Smabers | |
|
||
PROCESSIEWEG | ||
De PROCESSIEWEG kreeg zijn naam op 20 september 2009; het naambord werd tijdens de afsluitingsviering van 175 jaar St.-Lambertusparochie onthuld door zuster Leonie, een van de voormalige bewoners van het Dominicanessenklooster. De privéweg lag toen al tientallen jaren tussen de St.-Lambertuskerk en het Heilig Hartklooster. Naast de kapel van het klooster werd in 2009 een nieuw parochiehuis gebouwd, dat in september werd ingezegd door Jan Spee, deken van Venlo. | ||
Processieweg | ||
De Processie- of nabuurweg wordt al vermeld in 1763. In 1791 verklaarde landmeter Smabers dat er een fout was gemaakt bij de meting van de Koeijbembt, perceel 189 op kaart 2. Daarbij omschrijft hij de beide wegen langs dit perceel als de Processiewech en de weg naar het Schaepsbrughsken. Hieruit volgt dat het moet gaan om de weg genaamd HET SPICK. | ||
A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X - Y - Z | ||
© Loe Giesen, Reuver 1983-2018 |