Van Biesweerd tot Boeshei - Toponiemen in Swalmen en Asselt | ||
A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X - Y - Z | ||
ZANDERSSTRAAT, PASTOOR |
Smabers |
|
Joannes Josephus Carolus Zanders was pastoor van Swalmen tussen 1841 en 1853: roerige jaren wegens o.a. de zogenaamde Bosstrijd waarin de gemeente verwikkeld was. Tijdens dit geschil met de nu Pruisische buurgemeenten Brüggen en (Mül)Bracht liepen de gemoederen soms hoog op, waarbij de pastoor diverse malen een leidende rol had. Joseph Sanders, zoals hij ook wel staat ingeschreven, zou zelf zijn geboren in Mülbracht in 1799 als zoon van Antoon Sanders en Gertrudis van Dijk, maar zijn geboorteakte is daar onvindbaar. Hij overleed op 16 augustus 1853 in Swalmen. Vastgesteld bij raadsbesluit van 30 september 1964. |
||
ZANDKUIL | ||
Zand werd ook vroeger al gebruikt voor allerlei doeleinden, zoals voor de bouw. Zo lezen we in het voogdgeding van mei 1700: "Willem Janssen claeght dat aen sijn erve aen de Laeckbergh wordt gemaeckt een
sandtkoul."
3. kaart 15 een kuijle op de hoek van de KROPPESTRAAT en de ZANDKUILWEG, die inderdaad werd genoemd naar deze zandafgraving. Ook in 1774 liep deze weg al tussen KROPPESTRAAT en Heijstraet. Ook op het kadastraal minuutplan van 1842 (sectie C1) staat het gebied aangegeven als achter de sand kuil. Dwars op de ZANDKUIL vinden we (van noord naar zuid) de BURGEMEESTER HEIJNENSTRAAT, BUIRGEMEESTER JANSENSTRAAT, BURGEMEESTER TOBBENSTRAAT en BURGEMEESTER HENDRICKXSTRAAT. |
||
Zandstraat | ||
De Zandstraat wordt al genoemd in het voogdgeding van 1588: Van wegen der gemeyner foetpede ist erkleirt dat ein gemeyn foetpat ist, der aengeit an der Schatzkoulen nae der Deuffelseicken nae gen Houterfeldt, vann danne in die Sandtstraete uitter Sandtstraete opt Voerfelt dorch dat Venlonischer straetgen achter Peeter Smeetz goudt op ten Mortel, van den Mortel durch den Hoeffacker neffens Bouten goudt op die oliehsmeulen, van der oliehsmullen langhs den Nouwenhof oever den Aldenhoever patt op Boekesstap unnd van danne in gen Mase. In 1629 verkocht Nelis Keupers met toestemming van zijn vrouw Drutgen huis en hof in de Sandtstraet aan de Krop gelegen. Ook in latere akten zien we de Sandtstraet (1666), Sandtstrate (1676), Sandtstraete (1686) , Santstraet (1727) geregeld terug. Christiaen Bongarts en Maria Reijners verpandden in 1706 land op de Meulenwegh aan de Santstraete gelegen. In 1711 verkochten de erfgenamen van wijlen Peter Beeck land op de Sandtstraete gelegen. De exacte ligging is niet bekend. |
||
Zevenberg | ||
Op eerdere en latere kaarten komt de naam niet voor, zodat we weinig vergelijkingsmateriaal hebben. De naam is echter mogelijk ontleend aan de grafheuvels uit de Midden Bronstijd (2000-1500 v. Chr.) die hier aan Swalmer zijde op het hoogterras liggen. Als de heuvels hiermee inderdaad apart genoemd worden, geeft dat aan dat ze in de eerste helft van de 19e eeuw goed herkenbaar waren in het landschap. Het gebied was toen nauwelijks bebost en vooral bedekt met heide en gras. Overigens zijn er meer dan zeven grafheuvels, hetgeen het weer onzeker maakt dat de naam hiermee te maken heeft. Zie ook Elmpterbos voor het andere kaartje waarop de Sevenberg vermeld staat. |
||
Zijp | ||
|
||
Zjwaamvallei, de | ||
![]() |
||
Zomp | Smabers 10/99 | |
Smabers (1774) geeft bij perceel 99 op kaart 10, eigendom van Arnoldus Pollaert, het woordje somp aan. Aan de aangegeven begroeiing te oordelen was de bodemgesteldheid van het zuidwestelijk ervan gelegen perceel 79 weinig anders. Bij de aanleg van de A73 moesten hier, ter hoogte van de opslagsilo's van de moutfabriek, de meest uitgebreide maatregelen worden genomen tegen het grondwater. |
||
ZONNEDAUW | ||
De Kleine Zonnedauw wordt niet meer dan 10 cm hoog en heeft kleverige tentakels op de bladeren. De plant komt voor op stikstofarme, natte en zure heidevelden en veengrond zoals we die ook op enkele plaatsen aantreffen langs de oevers van de Swalm, zoals in het Elmpter Bruch. Rond Swalmen treffen we ook de Ronde Zonnedauw aan. Deze is eveneens zo klein dat de plant gemakkelijk over het hoofd wordt gezien. De Ronde Zonnedauw is een zogenaamde 'kensoort' voor hoogveenbulten en natte heidegronden. |
||
Zuydtwijcks Spick | ||
![]() |
||
Zwaan, de | Smabers 15/23 | |
Aret Smeets, geboren in 1660, trouwde in 1686 in Asselt met Mathia Spee. De bouwplaats voor de nieuwe herberg was goed gekozen: kort voor de bouw was de doorgaande weg van Roermond naar Venlo verlegd. Eerder liep deze hoofdroute via de MOLENSTRAAT, maar met deze verandering zag Aret goede kansen om hier, langs de huidige RIJKSWEG maar toen nog Kropperstraet geheten, een goed belegde boterham te verdienen. Deze eerste bouwfase kende overigens enkel de onderste verdieping; de bovenverdieping werd pas toegevoegd in het begin van de 19e eeuw. De Zwaan werd eigendom van de erfgenamen Smeets. De belangrijkste voor ons verhaal is de oudste zoon Jacob, in 1707 in Asselt getrouwd met Elisabeth Spee, geboren en getogen in het Gebrouwhuis. Dit huwelijk had nog heel wat voeten in aarde want Elisabeth was eerder verloofd met Joannes Hoets aan de Broekhin, ontvanger van Maasniel. Uiteindelijk viel de keuze van Elisabeth echter op Jacob Spee. Toen Hoets bij de pastoor van Swalmen bezwaar maakte tegen dit huwelijk, probeerden ze eerst in over de grens in Gulik te trouwen, maar dit lukte niet. Daarop bemoeide Tilmanus Spee, pastoor van Meijel en broer van de bruid, zich ermee en toen ook dit mislukte probeerden ze de pastoor van Swalmen te overreden. Toen ook deze weigerde, knielden zij voor hem en verbonden zich zelf in de echt onder protest van de pastoor. In de kerkregisters van Asselt staat netjes dat het huwelijk werd voltrokken door Tilmanus Spee met toestemming van de pastoor van Asselt, maar de uitvoerige processtukken van de kerkelijke rechtbank vertellen het hele verhaal en illustreren nog eens hoe belangrijk het is om niet alleen blind te varen op registers van dopen, trouwen en begraven (DTB). Het jonge gezin woonde na deze rumoerige start eerst enkele jaren in Swalmen maar verhuisde rond 1714 en woonde daarna jarenlang in Echt. In november 1731 kochten Jacobus Smeets en Elisabeth Spee het Gebrouwhuis in Asselt en in 1739 kocht Jacob tevens de overige aandelen van de Zwaan. Zoon Jacob (Echt, 1720) zou later het Gebrouwhuis erven dat hij samen met zijn tweede vrouw in 1761 verkocht nadat hij was verhuisd naar Stevensweert. De oudste zoon, Arnoldus, erfde de herberg langs de rijksweg. Tussen 1745 en 1747 werd opnieuw een proces gevoerd voor de kerkelijke rechtbank (officialaat) in Roermond, ditmaal door Anna Gelissen uit Echt tegen Arnoldus
Smeets uit Swalmen. Smeets woonde op de hof van de Munsterabdij bij de ouders
van het meisje. Ze hadden contact gehad en samen geslapen onder belofte van
huwelijk. Ze zouden de volgende lente met Pasen trouwen, maar intussen was Smeets
teruggekeerd naar Swalmen waar hij wilde gaan trouwen met ene Sibilla Smets.
De gedaagde bekende de gemeenschap met haar, maar ontkende iedere belofte van
trouwen en liet verder verstek gaan.
In 1983 werd de Zwaan gekocht door Theo Mouwens, die eigenaar en uitbater bleef tot 2008. Het pand is tegenwoordig eigendom van Vastgoed 2-duizend. Vanaf oktober 2009 is er een hostellerie gevestigd. Giel Geraedts: "Herberg den Swaen" in Swalmen en de familie Smeets. In: Jaarboek Maas- en Swalmdal 4 (1984). |
||
Zwaanskamp | Google Maps | |
De Zwaanskamp staat als zodanig ingetekend op een kaart van landmeter Dupont uit 1858. Het perceel lag ten noorden van de KROPPESTRAAT (op de kaart aangeduid als Koestraat) en ongeveer 200 meter ten westen van DE LANK. | ||
Zwaar Veld, het | ||
Het Swaer Veltt wordt al in 1624 genoemd. Rond 1629 verkocht Nelis Janssen ongeveer 2 morgen land aan de Esselstraet in het Schwaer Velt gelegen. In 1667 wordt het Swaer Velt opnieuw genoemd. | ||
Zware Ohe | Smabers 7 | |
Op de foto kijken we over de Zware Ohe richting Swalmen, met in het midden de St.-Lambertuskerk en rechts de Schroefstraat. Het Actueel Hoogtebestand Nederland (AHN) laat mooi zien dat de Lichte en Zware Ohe eigenlijk één geheel vormen. Oostelijk ervan stroomde ooit de Maas, die in de Romeinse tijd nog onder langs de Wielerhof stroomde. |
||
A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X - Y - Z | ||
© Loe Giesen, Reuver 1983-2015 |