Van Biesweerd tot Boeshei - Toponiemen in Swalmen en Asselt | ||
A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X - Y - Z | ||
Sagershof | ||
1861, zo staat er gebeiteld in een steentje in de top van de linker gevel. Het bouwjaar van deze karakteristieke boerderij aan de noordkant van Swalmen-Heide, zo zou je zeggen. Maar de geschiedenis van Sagershof - soms ook foutief aangeduid als Zagershof - begint al eerder. Op de oudste kadasterkaart van Swalmen was Jan Mathijs Sagers, koopman en schrijnwerker te Roermond, al eigenaar van het bebouwde perceel sectie A nr. 651. Het was een soort rijtjeshuis, samen met de twee woningen van dagloner Willem Janissen en zijn vrouw Maria Anna Schrijnewerkers, die werden vermeld als eigenaar van het overige tweederde deel. De drie huisjes lagen ongeveer op de plaats waar nu de markante hoeve ligt. Sagers, in 1777 geboren in Roermond, was zeker niet onbemiddeld en een graag geziene klant van de notarissen in zijn woonplaats. Na zijn huwelijk met Maria Henrietta van Lerp in 1803 kocht en verkocht hij land en huizen in en rond Roermond. In de latere jaren breidde hij zijn bezittingen in Swalmen gestaag uit door middel van grondaankopen. Sagers was duidelijk bezig op zijn blikveld te verleggen naar het noorden. Toen hij in 1854 overleed, ging zijn weduwe verder met de uitbreiding van de Swalmer bezittingen. Zo kocht ze in het najaar van 1860 de twee aangrenzende huizen (inmiddels kadastraal samengevoegd tot sectie A nr. 1607) op van Theodoor, Everard en Margaretha Janissen, kinderen uit het eerste huwelijk van buurman Willem Janissen met zijn eerste vrouw, Mechtildis Schijnewerkers. De weduwe Sagers liet daarna kennelijk de huisjes slopen en op dezelfde plaats herrees in 1861 het huidige pand. Na Sagers' dood gingen de bezittingen over op zijn weduwe en hun kinderen Ludovica Caecilia (in 1845 getrouwd met de onderwijzer Petrus Franciscus Hubertus Bingen), Joanna Maria Hubertina (in 1847 getrouwd met Joannes Martinus Giesbers) en de nog ongehuwde Jean Henri. De familie had toen ook ook nog bezittingen in Roermond, Hunsel, Horn, Maaseik en Melick-Herkenbosch. Pas in 1863, enkele weken voor het huwelijk van Jean Henri met Wilhelmina Christina Rassaerts, werd de nalatenschap van vader Sagers gedeeld, een deling overigens die pas twee jaar later werd afgerond en waarbij zoon Henri de boerderij in Swalmen kreeg toegedeeld. In 1871 kocht Henri Sagers bij een openbare verkoop ook nog het huis en de landerijen van Wilhelmina Hendrix, weduwe van Hubert Coenen, en haar kinderen. Op de oudste kadasterkaart staat dit huis (sectie A 647) vermeld als eigendom van bezemmaker Lambert Coenen, niemand anders dan de zojuist genoemde Hubert, die in de wandeling vrijwel zeker gewoon Baer werd genoemd. Dan krijg je dat soort misverstanden. Ook deze bezittingen, iets noordelijker langs de Heide gelegen, werden bij de Sagershof getrokken. Een jaar later sloeg het noodlot opnieuw toe. Op maandag 23 september 1872 brandde de boerderij vrijwel geheel af. In 1873 is voor het eerst sprake van de benaming Sagershof. In een advertentie van februari 1874 wordt nog gesproken over "het overgeblevene van de afgebrande gebouwen". Kennelijk werden deze korte tijd later herbouwd. In december 1875 werd de boerderij te koop aangeboden. Volgens de advertentie bestonden de gebouwen toen uit "een klein heerenverblijf, boerderij, voerderij, paarden-, koeien-, schapen- en varkensstallingen, schuur, kelders, water- en mestpomp". In 1901 trouwde Maria Anna Christina Sophia Sagers, dochter van Henri Sagers en Wilhelmina Rassaerts, met Peter Johann Slickers uit Kempen (D). Zij worden in 1905 genoemd als bewoners van de Sagershof. In een advertentie van 1908 is sprake van "Aspergeplantage Sagershof". |
||
Schaar, het |
Smabers |
Google Maps |
In 1715 verpanden Petrus Randhaxe en Lucia Quijten hun huis te Asselt gelegen, genaamd het Brouwhuys en onder andere land op het Schaar gelegen. |
||
Schaarbroeker Haak | Smabers 2 | |
In 1780 werd land verkocht nabij de Boekkuijl gelegen op het veld genaamd den Horst, met beide lange zijden tussen de erfgenamen van Peter Peters en Cun Slabbers en met de korte zijden grenzend aan de zogenaamde Schaerbroeker Haek en de openbare Leijgraef. | ||
Schaarbroekerkoeweide | Smabers | |
In 1863 verkocht mr Albert Thissen te Roermond veldvruchten op de Molengriend onder Roermond en in de Schaarbroekerkoeweideonder Swalmen. In 1864 had Martijn Pascal Hubert Strens hier eveneens land. | ||
Schaarbroekerveld | Smabers | |
In 1718 verkochten Reijner Sassenveldt en Maria Coulmans, burgers te Roermond, akkerland in het Scharbroecker Veldt gelegen. Op het kadastraal minuutplan van 1843 staat het Schaarbroekerveld aangegeven voor het gebied ten noorden van de RAAYERWEG, tussen RAAYER LUYCKWEG en RAAYERVELDWEG. | ||
SCHAARBROEKERWEG | Smabers 2/10 | |
Deze weg wordt in 1755 genoemd als Scharbroeckerwegh. Op kaart 2 van landmeter Smabers (1774) staan langs de huidige SCHAARBOEKERWEG bij perceel 10 twee gebouwen aangegeven. Een voormalige hoppenhof is op dat moment in gebruik als akker. De gebouwen liggen echter niet waar de boerderij nu ligt, maar aan de overzijde van de weg. Waar de RAAYSTRAAT tegenwoordig een scherpe draai maakt, liep deze in 1774 nog door, langs de zuidkant van de verdwenen boerderij, om zich meteen achter de Leijgraaf weer bij de SCHAARBROEKERWEG te voegen. In 1426 verkochten
Rutger van Vlodrop en Elisabeth van Wachtendonck
land aan het Schatbroeck gelegen aan de Kartuizers van Roermond. Een lijst van keurmedige landerijen, behorend tot de Asselterhof, vermeldt in 1463 Kathryna op Schairbroick; mogelijk was zij pachtster van de gelijknamige boerderij. In dezelfde lijst is tevens sprake van een hoeve Schaitbroick. In 1798 werd Schaerbroeck, groot ruim 23 bunder, voor frs. 642.000 verkocht aan Hyacinth Smets, advokaat te Maaseick. In de jaren daarna moet de boerderij weer van eigenaar zijn veranderd. In 1811 namelijk verkochten Sophie Hendrix en haar man Gerard Ramaekers (eerder pachters van de Beeckerhof) de boerderij Schaerbroek voor een bedrag van frs. 8.000 aan Sibille Elisabeth van Buggenom, weduwe van Louis Pitaffe. In 1852 werd de hoeve vermoedelijk gepacht door Hendrik van Melick. De erfgenamen van wijlen Sybilla Elisabeth de Buggenum verkochten hun bezittingen in Swalmen in 1855.
|
||
Schans | Smabers 10/211 | |
In het Schoolbroek bij de buurtschap Heide, westelijk van de spoorlijn Roermond-Nijmegen, lag vroeger de schans van Swalmen: een door de boerenbevolking opgeworpen omgracht terrein met aarden wallen. De gracht werd gevoed door de Teutebeek. Op de Smaberskaart (1774) is de schans eigendom van de Sint Jans Broederschap en ook in 1785 is sprake van 'de soo genoemde Schans aen St. Jans Broederschap toebehoorende'. Swalmen kende toen liefst vier broederschappen, ook wel schutterij genoemd: de Sint Antoniusbroederschap, de Sint Jans Broederschap, de Sint Joris Broederschap (ook wel Drakenschutten genoemd) en de Sint Sebastianusbroederschap (ook wel Asselder Schutten genoemd). Op de montagefoto zien we dat de schans was gelegen tussen de Teutebeek en de toegangsweg tot de fietsbrug over de A73. Wiel Luys: Schansen, eens vluchtplaatsen voor de plattelandsbewoners tijdens de Tachtigjarige Oorlog (1568-1648). In: Jaarboek Maas- en Swalmdal 5 (1985), blz. 108-132. |
||
Schatbroek | ||
Een lijst uit 1395 vermeldt Schatbroick, Schatbroecke of Schatbruggen. Een gedeelte van dit land behoorde later tot Myddelhaven, waardoor een lokatie in de omgeving van Middelhoven het meest voor de hand ligt. | ||
Schatkuil | ||
In het voogdgeding van 1588 lezen we: "Van wegen der gemeyner foetpede ist erkleirt dat ein gemeyn foetpat ist, der aengeit an der Schatzkoulen nae der Deuffelseicken nae gen Houterfeldt, vann danne in die Sandtstraete uitter Sandtstraete opt Voerfelt dorch dat Venlonischer straetgen achter Peeter Smeetz goudt op ten Mortel, van den Mortel durch den Hoeffacker neffens Bouten goudt op die oliehsmeulen, van der oliehsmullen langhs den Nouwenhof oever den Aldenhoever patt op Boekesstap unnd van danne in gen Mase." | ||
Schenckenland | Smabers 4/9 | |
De benaming Schenckenlant wordt in 1774 gebruikt door landmeter Smabers voor het vreemd gevormde perceel 9 op kaart 4, ten noordoosten van de Sijperhof. | ||
SCHENCKLAAN, BARON DE | Smabers | |
De familie Schenck van Nydeggen was lange tijd eigenaar van kasteel Hillenraad en heer van de heerlijkheden Swalmen en Asselt. De titel van baron werd o.a. gevoerd door de Christoffel, Caspar en Arnold Schenck op het eind van de 17e eeuw. Nadat Swalmen in 1695 samen met Hillenraad een markgraafschap werd, mocht de heer van Swalmen zich markies en markgraaf noemen. Giel Geraedts: De langdurige rechtsstrijd over het testament en over de nalatenscgap van Markies Arnold Schenck van Nijdeggen (1662-1709). In: Jaarboek Maas- en Swalmdal 3 (1983). |
||
Schietroede | ||
Rond 1644 (z.d.) droeg Jacop van Stralen een stuk land land te Assell aan de Roede of de Schietende gelegen tussen de hof te Assell en Jacop op Bogweijtsdries, met beide korte zijden grenzend aan voornoemde hof over aan Gerart Merttens en diens vrouw Anna. | ||
SCHINHEUVEL | Smabers 2-3-4 | |
De Schinheuvel is op de kaarten 2, 3 en 4 van landmeter Smabers (1774) het beginpunt van zijn landmeting. | ||
SCHOOLBERG | Smabers 6 | |
Op kaart 6 loopt de weg verder, via het bruggetje over de Swalm en langs de Genoenhof, om over te gaan in de GEBROUWHUISWEG. Met de aanleg van de spoorlijn in 1864 en de snelweg in 2005 is de situatie hier ingrijpend veranderd. Helemaal op het einde van de SCHOOLBERG heeft de familie Janssen de hele tuin (omgedoopt tot 'Zjwaamvallei') volgebouwd met kleine fantasiehuisjes. Vastgesteld bij raadsbesluit van 22 december 1947. |
||
SCHOOLBROEK | Smabers | |
Tijdens het voogdgeding van 1687 klaagden de gezworenenen dat diegenen die land hadden op de kampen aan het Schoulbrouck dit land niet behoorlijk afmaakten. Op kaart 10 geeft landmeter Smabers (1774) het Schoolbroeck met vette letters aan voor het gebied tussen de gemeentegrens met Beesel, de heide en de ontginningen langs de huidige rijksweg, en de landerijen behorend tot de Baxhof, alles samen bijna 130 morgen. Op het kadastraal minuutplan van 1843 staat het Schoolbroek aangegeven als marais. Tot tenminste het eind van de 19e eeuw kwamen hier nog otters voor. Zo schoot jager P. Koenen in de avond van 26 augustus 1893 een otter van liefst 8,5 kg, zo meldde De Maas- en Roerbode enkele dagen later. |
||
SCHOOLSTRAAT | Smabers 11 en 15 | |
Landmeter Smabers (1774) geeft de SCHOOLSTRAAT op kaart 11 aan als Laeckwech. Op kaart 15 wordt de weg weergegeven zonder naam. Van 1701 tot aan de aanleg van de RIJKSWEG vormde deze weg een gedeelte van de oude heerbaan tussen Roermond en Venlo. Op de hoek van RIJKSWEG en SCHOOLSTRAAT lag in 1772 de kerkelijke tiendschuur, waar de tienden van de pastorie werden opgeslagen. In 1829 kocht de Gemeente deze oude schuur en liet deze verbouwen om er een schoolgebouw te vestigen. Dit gebouw (sectie E 1268) was in 1877 hopeloos verouderd, waarna een nieuwe school werd gebouwd. Deze werd op 5 november 1877 officieel geopend. Vastgesteld bij raadsbesluit van 22 december 1947. |
||
SCHOUENBERGSTRAAT, GEBROEDERS | Smabers | |
Deze straat werd genoemd naar de broers Arnold en Willy Schouenberg. Beiden kozen voor een leven als geestelijke, allebei als lid van de priestercongregatie van het Heilig Hart van Jezus (S.C.J.). De congregatie legde en legt de nadruk op onderwijs, evangelisatie en sociaal werk. Arnold (Swalmen, 22 maart 1918), op 8 september 1940 geprofest in Asten en op 19 maart 1946 in Nijmegen tot priester gewijd, vertrok op 2 februari 1947 als missionaris naar Belgisch Congo. Zijn broer Willy (Swalmen, 21 december 1923) werd geprofest op 8 september 1946. Hij vertrok op 21 april 1956 eveneens naar Congo. De straatnaam die aan beide broers herinnert werd op 11 maart 1982 onthuld door hun oudste zus. |
||
Schroef | Smabers | |
Op het kadastraal minuutplan van 1843 staat op de Schrouf aangegeven voor het gebied ten noordwesten van de Ouden Hoff, aan weerszijden van de Schrouf straat. | ||
SCHROEFSTRAAT | Smabers 6 | |
Op kaart 6 van landmeter Smabers (1774) begint de Schroeffstraet bij het Hontsfalderen (aan de ASSELTSTESTRAAT) en loopt van hieruit langs de Naenhoff naar het Obersgatt aan de BROEKWEG. Op de grens van de percelen 140 en 141 geeft Smabers een dieffstruijck aan. |
||
Schuttebemd | ||
In 1889 verkocht Burghoff te Roermond, in eigen naam en als rentmeester van Eugène graaf van Hoensbroek te Türnich, grasgewas onder Swalmen op de Biesweerd, de Belten, Schuttebemd, in het Asselterbroek en aan de Endebroeksweg. | ||
SCHUTTEBOOM | Smabers 11-12 | |
Landmeter Smabers noteert in 1774 op kaart 11 aen de Velt poort oudts aen Schutten boom. Op dat moment was de plaats van de schietroede al verplaatst naar het Smeetsbroekje aan het eind van het Neerstraatje, waar de paal ook staat ingetekend. Op kaart 12 wordt de benaming aen Schuttenboom nog eens herhaald. In 1774 ligt hier enkel het huis van Edmond Timmermans. | ||
SCHUTTEHEIDE | Smabers | |
Op het kadastraal minuutplan van 1843 staat de Schutteheide aangegeven als het gebied oostelijk van de Schuttenkamp. In 1880 verkochten de erfgenamen van Mathis Alers bouwland aan de Schutterheide. | ||
SCHUTTEKAMP | Smabers 15 | |
In 1698 verkocht doctor Blondel ongeveer 2 morgen akkerland bij de hof genaamd de Rijdt gelegen tussen de openbare straat en de Schuttencamp, met de korte zijden grenzend aan de aankopers en de gemeente, aan Sebastiaen van den Bergh en Catharina Everts. Volgens de kaarten van landmeter Smabers (1774) was perceel 238 eigendom van St.-Thunisschutterie en perceel 239 van St.-Jorisschutterie. Op het kadastraal minuutplan van 1843 staat de Schuttenkamp aangegeven. In oudere stukken heet dit gebied nog de Mussenkamp. Giel Geraedts: Ook in Swalmen werd de draak gestoken. In: Jaarboek Maas- en Swalmdal 10 (1990). |
||
Schuttenbroek | Smabers | |
In 1759 verpandde Jan Daemen land aan het Schuttenbroeck gelegen. | ||
Sebastianusbemd, Sint | Smabers | |
In 1728 verkochten Peter Coenen en Jenneken Peters ongeveer 1 morgen bemd genaamd St.-Sebastianus Baendt op de Boukoul. | ||
SEBASTIANUSSTRAAT, SINT | Smabers | |
Sentissekempke | Smabers | |
Benaming Sentisse Kempke voor de percelen 346 tot en met 364 van sectie A, volgens de Oorspronkelijke Aanwijzende Tafel (OAT) behorend bij het kadastraal minuutplan van 1843. Ook op de Rivierenkaart uit 1849 wordt het gebied aangegeven. Het gebied, tussen SCHOOLBERG en de Swalm, komt overeen met de plaats waar de A73 over de Swalm gaat. |
||
Sevenberg | ||
Zie: Zevenberg. | ||
Singel | ||
Op 7 juli 1905 brandde het huis van Peter Cox aan den Singel af. | ||
SLABBERSKAMP | Smabers | |
Op het kadastraal minuutplan van 1843 (sectie C1) staat de Slabberskamp aangegeven ten noorden van de Heydstraat. | ||
Slak, de | Smabers | |
In 1697 klaagde schepen Jan Janssen dat de naburen van Asselt een voetpad maakten over zijn land aan het Meelenbroeck, aan den Slack tot aan de Maas, terwijl hier nooit een voetpad was geweest. In een delingsakte uit 1721 is sprake van akkerland onder Asselt aan de Slack gelegen, met de korte zijden grenzend aan het Meerlebroeck en de nabuurweg. In 1935 en 1943 verkochten de eigenaren van Hillenraad slaghout in de Slak. |
||
Slekske, 't | ||
In 1891 verkocht Frans Burghoff, eigenaar van de Spick te Swalmen-Boukoul, hout aan de Roodenhaan, Wijlenbosje, het Slekske en Vuilbemden. In december 1913 verkocht de weduwe Verscheure slaghout in het Slekske. Ook Louis Vallen, in 1920 eigenaar van 't Spick, verkocht in december 1920 slaghout aan het Slekske. | ||
Sleutelakker, de | ||
De Slotelacker wordt in 1395 voor het eerst vermeld. In 1679 pachtte Hendrick Beeck de Swamenhoff (Wieler 1) inclusief land op de Slutel Acker gelegen tussen het goed van de heer Van Loom (Segers van Loon) en de heer Elshoudt (Wielerhof). Volgens correspondentie uit 1944 aangaande archeologische vondsten gedaan bij de aanleg van tankgrachten bij de Wielerhof, waren bij de Sleutelakker dicht bij de Wielerhof dakpanfragmenten gevonden. |
||
Sley, de | Smabers 15 | |
Op kaart 15 geeft landmeter Smabers een sleye aan langs de BOSSTRAAT ter hoogte van de BOSRAND. Deze geul of laagte eindigt in een kuijle (zie: ZANDKUIL) | ||
Smedeakker | ||
Al uit 1395 dateert een vermelding van land in de Smedeacker (...) van der wijden aen den Halenraiste paele. In 1466 verkochten Dirk van Oest en Aleid van Eggenrade een erfcijns gevestigd op de Smedeacker aan Seger van Bruggen zijn vrouw Ida. Het land was gelegen in Asselrevelde beneven des vaigts erve van Ruremunde. In het register van inkomsten van de kerk van Swalmen uit de late 16e eeuw komt het toponiem diverse malen voor. Item der Smidtacker hoirdt ihn Bekerhoff helt umtrendt darthein bonre, theindt halff dem althair. |
||
Smeetsbroekje | Smabers 11/308 | |
In een belastinglijst uit 1654 zien we Jan den Custer en Hendrick Crompvoets als eigenaren van vijftig wilgen op het Smiets bruexken. |
||
Smeetsgoed | Smabers | |
In 1738 verkochten Joannes Custers en Lijsbet van der Haert huis en hof genaamd Smedtsgoedt gelegen tussen de openbare straat die uitkwam op het Smedtsbroexken aan de Swalm enerzijds en Stoffer op den Neerstraet anderzijds. | ||
SOURENSTRAAT, KAPELAAN | Smabers | |
Joannes Mathias Souren, op 20 maart 1868 geboren in Nuth, werd op 14 maart 1891 tot priester gewijd (gelijktijdig met o.a. Jan Simons uit Swalmen, zoon van het hoofd der school). Enkele weken later kwam hij als kapelaan naar Swalmen, waar hij pastoor Joosten assisteerde. Eind 1894 achtte het kerkbestuur de tijd rijp om een nieuwe kerk te bouwen. In het voorjaar van 1895 werden hiervoor 1 miljoen stenen gebrand. Intussen hield Souren zich ook bezig met bijvoorbeeld het feest voor de Kindsheid, zoals op kermismaandag 24 juni 1895. "De jeugd, voorzien van witte en blauwe vaantjes, werd door de geestelijkheid, voorafgegaan door bruidjes, schildknapen enz. aan de school afgehaald. Na de zegening trok de fraaie stoet onder de statige tonen der muziek en het gebulder van het geschut naar de kerkm waar door den weleerw. heer kaplaan de hoogmis tot dankzegging aan God werd opgedragen", zo berichtte de Maas- en Roerbode. Enkele maanden later was er opnieuw feest, tijdens de inhuldiging van de nieuwe burgemeester, Louis Strens, op 17 oktober. De plannen voor de nieuwbouw van de kerk vorderden intussen gestaag. Op 15 november 1895 vond de aanbesteding plaats, naar een ontwerp van architect Caspar Franssen; in de pastorie werd een tijdelijke noodkerk gevestigd. Uiteindelijk zou het tot 1 september 1897 duren voordat de nieuwe kerk kon worden ingewijd door monseigneur Boermans. Later die maand werd de nu overbodig geworden noodkerk verkocht en gesloopt. In de zomer van 1900 werd een nieuw orgel geplaatst, waarmee het oude, versleten instrument werd vervangen. Rond diezelfde periode, namelijk op 10 juli 1900, kreeg Swalmen een nieuwe pastoor: P.F.H. Willemsen. Tijdens een feestelijke intocht ontving hij de sleutels van de kerk uit handen van kapelaan Souren. Voor Jan Mathias Souren was het inmiddels tijd om te verhuizen, namelijk naar Maastricht. Zijn vertrek werd in de Maas- en Roerbode van dinsdag 11 september 1900 breed uitgemeten. "Met veel leedwezen vernamen Swalmen's parochianen de verplaatsing van hunnen zoo innig geliefden kapelaan. Rijk en arm, jong en oud, allen waren zoo zeer aan hem gehecht, en niet zonder reden. Immers, zijn negenjarig verblijf in ons midden is een aaneenschakeling van denken, werken en opoffering om het welzijn onzer parochie te bevorderen zoowel op zedelijk als stoffelijk gebied. Het ligt nog in ieders geheugen hoe z. eerw. bij het bouwen der kerk de vele kostelooze werkzaamheden onder zijn leiding nam; met leeuwenmoed en stalen ijver was z. eerw. van den vroegen morgen tot den laten avond bezig om alles wel te doen slagen; wat dan ook meesterlijk tot het einde door z. eerw. werd uitgevoerd; geen enkele wanklank werd er gehoord. Nauwelijks was dit groots werk ten einde of de Zusterschool ging in wording, wier werkzaamheden meerendeels op den zelfden voet als bij het bouwen der kerk werden gedaan. Het was wederom z. eerw. die het leeuwendeel dier bezigheden voor zijne rekening nam. De Coöperatieve Boerenleenbank, die in een zeer korten tijd zich heeft uitgebreid op een wijze, als waarop een tweede in Limburg niet kan bogen, heeft hoofdzakelijk haren bloei en vooruitgang aan z. eerw. te danken; ja, velen is het bekend dat het bestudeeren en uitwerken der statuten enz. z. eerw. menig nachtelijk uur hebben ontnomen. Nog was zijne werklust niet bevredigd. Het lumineus idee van z. eerw. een eigen locaal te bezitten, waarin de vergaderingen en van de Leenbank en van Boerenbond konden plaats hebben, maar hoofdzakelijk om er een jongelingenvereeniging op te richten, was het onderwerp zijner studie, dat weldra gevolgd werd door een stoutmoedig plan, uitgewerkt en toegelicht door z. eerw. hoe het mogelijk was om dat doel te bereiken. Twee weken later, op woensdag 26 september 1900, werd het lokaal van de jongelingenvereniging feestelijk ingezegend, waarbij ook oud-kapelaan Souren aanwezig was. Zijn opvolger, kapelaan Hermans, beloofde dat hij als directeur van de vereniging het goede werk van zijn voorganger zou voortzetten. Na zijn Swalmer periode was Souren nog aalmoezenier van de arbeid (1902-1910), pastoor in Maastricht (1910-1930) en pastoor-deken in Weert (1930-1949), waar hij op 27 september 1951 overleed. |
||
Spick | Smabers 1/61 | |
In een oude Maasmeander die via Maasniel en de Boukoul en Swalmen naar de huidige Maasbedding loopt, liggen enkele witgeverfde gebouwen. Nu is dit een beetje een vergeten hoekje, maar vroeger was dit de gebruikelijke route van Vlodrop naar het veerpont in Kessel. Zoals bij de meeste oude boerderijen, is ook de geschiedenis van de Spick complex door een verdeeld eigendom. De hoeve behoorde tot de laatgoederen van de Asselterhof, waartoe eeuwenlang een zogenaamde laathof en laatbank behoorde. Klik op bovenstaande afbeelding voor een uitgebreid artikel over Zuydewijcks Spick. |
||
Spickerbosje | Smabers | |
In 1708 verpandden Geurt Peecx en Elisabeth Vermeulen land in het Spickerbosken gelegen. | ||
Spickerbroek | Smabers | |
Benaming voor het broek ten zuiden van Zuydewijcks Spick tot aan de Elmpterweg. De naam komt als Spieker Broek voor op de Topografische Kaart van 1912 (verkend 1890). | ||
Spicker Kemp | Smabers | |
Op het kadastraal minuutplan van 1843 staat de Spicker Kemp aangegeven tussen BLANKWATER en Haembroek. | ||
Spij, de | ||
In april 1907 vond de openbare verkoop plaats van bouw- en weiland genaamd de Spij, sectie E 2052 en 2053. | ||
SPORTPARKLAAN | Smabers | |
Al in de 1930'er jaren beschikte Swalmen over sportvelden. Voetbalclub Door Eendracht Sterk (D.E.S.), opgericht in 1927, speelde aanvankelijk op de 'Grote heide', maar het voetbalterrein verhuisde al snel naar Sportpark Hillenraad. In juni 1933 werden er atheliekwedstrijden gehouden, georganiseerd door R.K. Gymnastiekvereniging Sparta uit Swalmen. Voor deze gelegenheid werd de achterste zaal van hotel De Zwaan gebruikt als kleedlokaal; van hieruit konden de deelnemers zich rechtstreeks naar het terrein begeven. In 1936 werd - tijdens de werkverschaffing- in de omgeving van Groenewoud en de Bosberg een nieuwe badinrichting aangelegd, inclusief een sportpark en tennisbanen. Hier organiseerde Sparta in 1937 een Kringfeest waarbij tevens het 10-jarig bestaan van de verenging werd gevierd; die telde op dat moment 137 leden. |
||
SPRUNCK, AAN DE | ||
Een sprunck is een oude benaming voor een natuurlijke bron. Deze naam in het uitbreidingsplan "Aan het Groenewoud" past bij de andere straatnamen in deze wijk, die alle gerelateerd zijn aan de Swalm, die ten zuiden van deze buurt stroomt. | ||
STATIONSPAD | Smabers | |
STATIONSSTRAAT | Smabers | |
Het stationsgebouw waarnaar deze straat werd genoemd werd in 1864 gebouwd. Een van de oudste foto's van deze straat werd in 1904 genomen vanuit een rijdende trein. Aanleiding voor de foto waren de bosbranden die in de droge zomer van 1904 woedden in het Brachter- en Brüggener Wald. Aan deze weg lag o.a. het op 1 mei 1906 in gebruik genomen hulppostkantoor. Al in het begin van de 20e eeuw lag hier een mouterij; ze werd - na een sterfgeval - in april 1911 te koop aangeboden. Moutfabriek Jos Hendrickx-Crijns B.V. te Swalmen (officieel gevestigd BREDEN ARS 6) werd in 1986 overgenomen door de firma Cargill en bestaat nu onder de naam Malt Cargill B.V. Mout is het belangrijkste vaste bestanddeel in de bierfabricage. Het beroep moutmaker werd vaak gecombineerd met dat van bierbrouwer, tapper of schenker, maar er waren ook mensen die zich hadden gespecialiseerd. Later verschenen er zelfs complete moutfabrieken, zoals in Echt (E. Zuiderdel), Gennnep (Aurora), Roermond (Limburgia, firma Louis Beltjens), Sittard (Jos Arnoldts) en Swalmen (Jos Hendrickx-Crijns). Voor de voormalige windmolen langs de STATIONSSTRAAT zie: Kruiskamp. |
||
Steeg, de | ||
In april 1907 vond de openbare verkoop plaats van o.a. bouwland genaamd de Steeg, sectie E 551 en 552. | ||
STEEGSTRAAT | Smabers 11/301 | |
Op kaart 11 noteert landmeter Smabers in 1774 de Camp door de Steegh voor de percelen 301 tot en met 307. Het betreft de kamp tussen de Hooghstraet en de Swalm enerzijds en het Mortel straetien en het Neer straetien anderzijds. | ||
Steenakker | Smabers 7/271 | |
Dit toponiem kwam mogelijk op twee verschillende plaatsen voor. In een lijst uit 1395 is sprake van een stuk land genaamd der Steynacker, niet ver van de KROPPESTRAAT. Meestal wordt met deze naam echter een gebied bij Wieler aangeduid. Volgens het voogdgeding van 1588 liep toen een weg van de Laekbergh over de Horichswech langs de Tutenbergh tot in de Steinacker. In een register van inkomsten van de kerk van Swalmen uit deze periode lezen we: Item noch ein elssenbroick tho Wijler in den Steinacker, wilcken durch ongeburlick houwen und stocken verdorven is, und ein van den naebere daselbst mit weidenholt overpaet und besatt ist. De Steenakker werd kennelijk pas ingemeten nadat Smabers zijn kaarten gereed had. In 1788 noteerde landmeter Schomers dat hij kaart 7 had aangevuld met een nieuw perceel 271 genaamd den Steenacker. Dit gebied heeft hij ingetekend als een langgerekte strook aan de rechteroever van de Swalm tussen de Wijler Brugge en de Tuijtebeeck. In de versie van Smabers heet die gebied nog, zoals op meer plaatsen, kerckbroeck en gemeente. |
||
Steinke, 't | ||
De Prinsendijk zet zich in zuidelijke richting voort als Keizersbaan, vroeger ook wel 't Sjteinke genoemd. Deze naam herinnert aan een andere oude naam voor deze weg: Steenweg. Van de oorspronkelijke breedte is weinig over op deze plaats. Op de foto 't Sjteinke in noordelijke richting. Wiel Luys: Romeinse wegen en bewoning in Swalmen-Beesel-Belfeld. In: Jaarboek Maas- en Swalmdal 4 (1984). |
||
Steinput | ||
De Steinput wordt voor het eerst vermeld in een akte uit 1531, toen vele jonkheren, de drosten, vrienden en hoge raden van de beide vorsten Karel hertog
van Gelre en Johan hertog van Kleve boven de Steinput bij de gerechtsplaats van Swalmen bijeen kwamen om te beraadslagen over grenzen en de daaraan verbonden rechten. Al met al is de informatie over de Steenput tegenstrijdig. De 16e eeuwse gegevens wijzen op een plaats waar de romeinse weg of Steenweg de Swalm overstak, terwijl latere bronnen ook richting DE LANK wijzen, De exacte lokatie van de Steinput kan niet meer met zekerheid worden vastgesteld in het landschap.
|
||
Stenen Brug | Smabers 3-4 | |
De stenen brug was de oversteekplaats over de Leijgraaf, op de weg van Roermond naar Swalmen. Restanten van deze oude hoofdverbinding vinden we in de vorm van BROEKHIN NOORD en OUDE BAAN en ten opzichte van 1774 is de plaats van de brug nagenoeg onveranderd. In 1694 verkocht de advokaat Judocus Meijer akkerland aan de steene brugge gelegen. In 1733 verkochten Gillis Willems en zijn vrouw Gertruijdt Geraerdts land aan de Steenbrugge gelegen. Een jaar later verkochten de erfgenamen van Hendrick Lindemans land tussen Swalmen en de Broeckhinne nabij de Steene Brugge gelegen. |
||
Stokken, in de | Smabers 10/210 | |
Op kaart 10 geeft landmeter Smabers in 1774 een nieuw verkocht perceel 210 aan dat hij in de begeleidende tekst aanduidt als in de Stocken. Dit stuk land, eigendom van Cornelis van Keken en met een korte zijde grenzend aan de Tuijtebeeck, lag tussen de boomgaarden die de Baxhof in 1774 vrijwel geheel aan het oog onttrokken en de schans. In 1819 verkochten de erfgenamen van Cornelis van Keken een stuk struikhout en houtgewas genaamd de Stocken aan de Tuytebeek onder Swalmen gelegen. |
||
Strensheide | ||
Tussen 1935 en 1943 verkochten de eigenaren van kasteel Hillenraad diverse malen bonenstaken en brandhout aan de Strensheide. Uit geen van deze vermeldingen blijkt de ligging. | ||
STRENSLAAN, BURGEMEESTER | Smabers | |
Louis Henri Pascal Marie Strens werd op 14 december 1862 geboren als zoon van Charles Eugène Pascal Joseph Strens en Amélie Caroline Josephine Milliard. In 1893 ging hij op de Graeterhof wonen - in 1839 aangekocht door zijn grootvader - waar kort na zijn komst nevenstaande foto werd gemaakt. In het najaar van 1895 werd hij voor het eerst benoemd tot burgemeester van Swalmen, een functie die hij vervulde tot aan zijn dood op 31 juli 1924. Van november 1899 tot 1 januari 1915 was Strens tevens burgemeester van Maasniel. Deze weg, die loopt van ASSELTSESTRAAT tot aan de splitsing bij het wegkruis bij de GRAETERHOFWEG, vormt samen met de HILLENRAEDERLAAN een indrukwekkende entree richting kasteel Hillenraad. Beide wegen worden tussen de later aangelegde rijksweg en het veldkruis gesierd door afwisselend geplante groene en rode beuken. Smabers (1774) noteerde bij deze weg: Raeijer lijckwech. Vastgesteld bij raadsbesluit van december 1947. |
||
Swalm | ||
Bij het voogdgeding van 1697 verzochten de gezworenen dat de vissen die in openbaere wateren werden gevangen, eerst moesten worden 'aengegeven' voordat ze te koop werden aangeboden. Ze vroegen om aanwijzing van een vaste plaats hiervoor; zodat 'een ieder daervan sijn gerief magh hebben'. Giel Geraedts: Die van Swalmen mochten in de Swalm en andere wateren blijven vissen. In: Jaarboek Maas- en Swalmdal 11 (1991).
|
||
SWALMDAL | Smabers 15 | |
Swalmer Hegge | Smabers 4 | |
In 1690 verkochten Henderick Cox en Margaretha van der Heijden uit Roermond land onder Asselt aan de Swaemer Hegge langs de Ruremundtschen weg gelegen. Vermoedelijk betreft het de landweer dwars op de Vuilbemden, gewoonlijk aangeduid als Hoge Hegge. Wiel Luys: De Wolfsgraaf: een Middeleeuwse landweer in Beesel-Swalmen. In: Jaarboek Maas- en Swalmdal 3 (1983). |
||
Swalmerveld | Smabers | |
In 1701 verpandde Beatrix Wijnandts, weduwe Naus, 21 morgen bouw- en weiland onder de klokkenslag van Swalmen en Asselt in het Swaemervelt gelegen zoals deze door genoemde Beatrix waren aangekocht 'in haeren wedewelicken staet'. | ||
SWALMZICHT | Smabers 15 | |
Op het adres Swalmzicht 6 is koper- en metaalgieterij Sillen & Co gevestigd. In 1956 maakte de beeldhouwer Ed van Teeseling (1924-2008) hier samen met kunstenaar Charles Hammes (1915-1991) dit standbeeld van keizer Traianus, dat sindsdien het Keizer Traianusplein (eerder: Lodewijkplein) siert. Het beeld is 3,10 m hoog en weegt 533 kilo. | ||
Syperbroek | Smabers 5 | |
In 1864 verkocht graaf Carel Huibert van en tot Hoensbroek slaghout te Swalmen aan het Sijperbroek. | ||
Syperhof | Smabers 4 | |
Op kaart 4 van landmeter Smabers (1774) wordt de Sijperhoff weergegeven als een U-vormige hoeve, met de binnenplaats aan de westzijde afgesloten door een muur. Ieder kind in Swalmen weet het: een witte zandloper op een blauwe achtergrond, dan hoort het bij kasteel Hillenraad want dit zijn de kleuren van de familie Wolff Metternich. Dat geldt ook voor de Syperhof, die in 1672 werd gebouwd in opdracht van Christoffel Schenck van Nydeggen en zijn vrouw Anna Philippina van Oijenbrugge de Duras, die datzelfde jaar ook al de Baxhof kochten van de familie Van Baexen. Schenck was vastbesloten om de heerlijkheid weer aanzien en allure te geven. De hof genaamd de Zype (1702) ontleent de naam aan de Leygraaf, de waterloop die vanuit het Tegelarijveld naar de Maas stroomt. Met het verhaal over de eigenaren van de boerderij zijn we gauw klaar: vanaf de bouw tot nu was de hoeve bezit van Hillenraad. Van de pachters van de vele kapitale boerderijen hoor je meestal minder, en dat is eigenlijk wel jammer want die hebben natuurlijk ook hun verhaal. Neem nou Gerard Emets, die op 21 maart 1721 zijn testament opmaakte. Gootsen Gerarts, Geurt Smeets, schepenen, en Petrus van Daelen, secretaris van de heerlijkheid Swalmen en Asselt, oorkondden op die dag dat zij zich op verzoek van hun gewezen medeschepen Gerard Emets hadden vervoegd in diens woning 'op den hof op de Sijpen genoemt onder Asselt gelegen'. Daar troffen ze hem aan, bedlegerig maar gezond van verstand. Hij verzocht hen zijn testament te noteren als volgt. Omdat zijn kinderen al hadden gedeeld in de roerende goederen en vruchten (uitgezonderd de 10 malder vruchten die hij had behouden), werden ze geacht tevreden te zijn met deze deling, zonder aanspraken te maken op enig loon, daar testateur zo'n loon nooit had beloofd of toegezegd. Het schepenbankarchief van Swalmen bevat vele testamenten en delingen. Deze akte is slechts een enkel voorbeeld. En waarom zoon Jan niet mee mocht delen? Tja, daar had Gerard Emets zijn redenen voor… Boven de poort een sluitsteen met de initialen van Karel graaf van Hoensbroek en het jaartal 1851. Op dinsdagavond 18 januari 1916 brandden schuur en stallingen totaal uit, het woonhuis bleef echter gespaard. In september 1928 stond de Sieperhof opnieuw in lichte laaie, waarbij de schuur opnieuw in vlammen opging. De boerderij werd op dat moment gepacht door H. Hendrickx. In de loop van de 1990er jaren verloor de boerderij haar agrarische bestemming. In 2013 gaf Thibaud de Guerre, die in 2009 eigenaar werd van Hillenraad en de daartoe behorende goederen, opdracht om de Syperhof te verbouwen tot zes woningen. |
||
Syperveld | Smabers 4 | |
Op het kadastraal minuutplan van 1843 staat het Syperveld aangegeven voor het gebied achter de boerderij tot aan de RAAYERLUYCKWEG. Op de kaart van buurtwegen uit 1844 is achteraf de Staats Spoorweg ingetekend, een verbinding die - net als de A73 in het begin van de 21e eeuw - grote veranderingen in het landschap met zich meebracht. | ||
A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X - Y - Z | ||
© Loe Giesen, Reuver 1983-2018 |